Temperamenten en de wil
Voordracht 10 maart 2005 door Ladja Jiran
De voordracht van Ladja Jiran ging over de temperamenten en daaraan gekoppeld de ontwikkeling van de wil. Ladja is leraar en vertelde van hieruit zijn ervaringen.
De temperamentenleer is de pijler van de Steinerpedagogie. Bij de ontwikkeling van kinderen spelen mee: de erfelijkheid, het milieu (omgeving) en de geestelijke wereld. De geestelijke wereld is een belangrijk aspect van de antroposofie en zo ook in de Steinerpedagogie.
Als leraar ga je dagelijks om met het temperament van elk kind. Je gaat dus goed kijken naar dat temperament om van daar uit te vertrekken hoe de wil gestimuleerd kan worden.
Temperamenten willen geen stigma, etiket zijn maar een mogelijkheid om mee te werken.
Er is het 3-ledig mensbeeld: denken, voelen, willen. De leerkracht probeert zo te laten leren dat denken, voelen en willen ontwikkelingskansen krijgen in een Steinerschool.
- 0-7 jaar: nabootsing (willen): fysieke lichaam
- 7-14 jaar: voelen stimuleren via onthouden, leren en denken: etherisch lichaam
- 14-21 jaar: oordeelsvorming (bovenbouw) Astraal lichaam
- 21 jaar: ontwikkeling van het ik.
Elk temperament heeft zijn kwaliteiten en minder goede kanten, vooral als ze eenzijdig ontwikkelen. De vier temperamenten zijn gekoppeld aan het 4-ledig mensbeeld.
De vier temperamenten met enkele kenmerken
Flegmatisch: moeilijk bereikbaar, niet graag in beweging, sterke prikkels nodig om actief te krijgen, observeert de omgeving. Is meer bezig met verleden dan toekomst. Welbehagen in lichaamsprocessen, ronde lichaamsbouw. Niet veel speelgoed nodig, rustig spelend. Herhaling in spel en tekeningen.
Cholericus: veel prikkels komen binnen met veel innerlijke reacties. Geblokte lichaamsbouw, veel wilskracht, veel zelf willen doen. Vragen veel leerstof en diepgang.
Sanguinisch: vitaliteit overheerst; zitten niet stil. Heel veel prikkels naar binnen maar kunnen er moeilijk mee om; woelwaters. De wereld is mooi maar niet teveel verbinding bv.: graag een konijntje maar na een week verzorgen ze het niet meer. Hebben dikwijls een voorkeur voor een leerkracht.
Melancholisch: bewustzijn overheerst ook al in het kind in melancholie. Langer lichaam, dun, bleek, vaak ziek. Innerlijk actief bezig; meevoelen, meedenken (dit gaat ten koste van het etherische). Kunnen zich wegcijferen. Er komen weinig prikkels binnen, maar wat er binnen komt, daar wordt heel veel meegedaan, details maar geen oog voor het geheel.
De temperamenten zijn een manier om de wil een prikkel te geven. Het herkennen van een temperament om van daaruit iets om te buigen; te stimuleren met oefeningen om het anders te doen dan het kind spontaan zou doen.
0 | 7 | 14 | 21 |
Fysiek | Etherisch | Astraal | Ik |
Flegmatisch | Sanguinisch | Cholericus | Melancholisch |
Verslag: Ilse Vorsselmans
Steinerschool Turnhout
© Helend opvoeden 2025
