menu

Verschillende technieken bij het schilderen

Schilderen  

Schilderoefeningen in verschillende technieken

Nat-op-nat schilderoefeningen

Sprookjessfeer

Een Grimm-sprookje kiezen, dan even zoeken naar de kleuren die men zou kunnen gebruiken. Bij voorbeeld bij de Sterrendaalders, zou men blauw en geel kunnen gebruiken.

Een cirkelvormige vlak aanbrengen in het midden van het papier, eromheen een tweede kleur aanbrengen. Daarna verder de stemming uitwerken, nu kan er ook een derde primaire kleur (rood) bijkomen. De secondaire kleuren (lila, oranje, groen) ontstaan op het papier. Zachte overgangen, geen detail

Dieren

Altijd beginnen met een kleurwas op de achtergrond. Werk in vlakken, niet met lijnen of contouren.

Beginnen met cirkels of ovalen voor boerderijmotief en mens en dier; de haan ontstaat uit een 'ei' en wordt geschilderd in veel kleuren.

Een slaperige egel van een blauw ovaal op blauw.

Een vermiljoenrood paard in een geel veld; het geel met blauw overschilderen om groen te laten ontstaan.

Een slapende ezel schilderen op een blauw oppervlak; later omzetten in groen. Als wij deze twee schilderijen vergelijken is kleurperspectief duidelijk te beleven. Dat wordt niet met de kinderen in de basisschool besproken, pas in de middelbare school.

Bij het schilderen van dieren is het goed om de kleuren lichter aan te brengen dan in de natuur, en later het dier te overschilderen met een blauwe was (beeldkleur aanbrengen).

Nat-op-droog schilderoefeningen

Papier natmaken en op een schilderbord spannen met plakband; laten drogen.

Bord vertikaal opstellen. Starten met een blauwe kleurwas, aan de bovenkant een paar ronde witte vlakken open laten (kan ook achteraf met penseel uitwassen)

Telkens een lichte kleurwas aanbrengen als een volgende stap; altijd wachten tot de onderste laag droog is voor er een nieuwe laag aangebracht worden (sluiertechniek). Kleine kleurvlakjes aanbrengen. Het is een beetje als de sluiertechniek, maar niet zo strak toegepast.

Met groen paardenbloembladeren (rozet) aan de onderkant aanbrengen.

Geel voor de bloemen en de witte rondjes worden zaadbollen.

Bij het schilderen van planten is het goed om de kleuren helderder dan in de natuur aan te brengen; een lichte gele kleurwas er overheen op het eind.

Sluiertechniek

Papier natmaken en op een schilderbord spannen met plakband; laten drogen.

Starten met blauw. Dit is de beste kleur voor beginners. De verf moet in eerste instantie zeer dun aangemengd worden. Driehoekige vormen aan de rand van het papier op alle vier de zijden geschilderd, de eerste lagen groot en bijna (niet helemaal) tot het midden; dan geheel laten drogen; een tweede laag aanbrengen, net kleiner dan de vorige. De grenslijn hoeft niet precies overeen te stemmen met de vorige vorm, daar mag best variatie in komen. Er mag ook gekozen worden voor meer geronde, golvende grenslijnen. Hoe dichter men bij de buitenrand komt, hoe donkerder het wordt.

Wanneer je de techniek een beetje onder de knie hebt, kunnen er twee kleuren gebruikt worden – rood en blauw of geel en blauw.

Deze techniek volgens sommige leraren pas in de achtste klas met de kinderen toepassen (er zijn ook leraren die al in het zesde hiermee beginnen).

© Helend opvoeden  2025

naar boven