Taalontwikkeling
Het leerplan - tweede klas
Ten aanzien van de spraakvorming en de taalontwikkeling komt er naast het spreken in koor, komt nu ook geleidelijk het individuele spreken aan bod. Kleinere scènes worden gespeeld, waarbij de ritmische taal een belangrijke rol speelt. Ook worden de fabels en legenden (vertelstof van de tweede klas) uitgespeeld. Wat de vertelstof betreft kunnen we de fabels zien als beelden van menselijke eenzijdigheden (afgunst, sluwheid enz), terwijl in de legendes het beeld van de mens weer geharmoniseerd wordt. Contrastrijk is de "koele" stijl van de fabels en de warme "gemoedsvolle" stijl van de legendes.
Het schrijven en lezen gaat zich nu verder differentiëren in woordbeelden herkennen / woordanalyse / het uit het hoofd opschrijven van eenvoudige woorden / het zoeken naar klank- en letter uitwisseling. In de tweede klas leert het kind de kleine drukletters kennen, nadat in de eerste klas begonnen is met de hoofdletters. Geleidelijk aan worden de periodeschriften waarin de kinderen werken de voorlopers van de echte leesboeken. Het maken van eigen teksten kan nu ook een begin krijgen.
Spreekwoorden die het gedrag van dieren uitbeelden:
- vrij als een vogel
- slim als een vos
- gulzig als een varken
- geheugen als een olifant
- stil als een muis
- honger als een wolf
- trouw als een hond
- trots als een pauw
- vluchtig als een vlinder
© Helend opvoeden 2025
