De ontwikkeling van de wil
Boetseren
De ontwikkeling van de wil
David Darcy - Vrije Schoolleraar en begeleider
Bij de ontwikkeling van een kind worden hoofd, hart en handen aangesproken (denken, voelen en willen). Wij kunnen de gevolgen van een wilshandeling gemakkelijk onderkennen, maar het blijft iets geheimzinnigs, omdat wij niet kunnen zien hoe het precies gebeurt. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de bewegingen van een kind.
Welke aspecten van het willen zijn nodig om te kunnen leren? Waaraan herkent men een gezonde wil? Hoe kunnen wij de wil versterken? Hoe leert een kind initiatief nemen? Hoe kunnen kinderen verleidelijke situaties hanteren? Blijven ze passief of kunnen ze tot handelen komen? Dit heeft alles met wilskracht te maken!
Fundament
Het fundament voor een gezonde wil kan in de eerste zeven jaar gelegd wordt, wanneer de wil het sterkst in de ledematen leeft en in de metabolische processen van het lichaam. Het kind leert grijpen en omrollen, staat, klimt, klapt handen; het stapelt, danst, springt en zingt. Dat alles hoort bij de wil. De minder zichtbare aspecten van de wil zijn de verteringsprocessen, het lichaam wordt voortdurend getransformeerd, opgebouwd, het groeit. Het blijft zelfs actief tijdens de slaap. Het lichaam is een soort bouwput, altijd actief.
Goede voeding, genoeg slaap zowel als een goed ritme zijn de basis voor een gezonde wilsontwikkeling. Een kind met een normale, gezonde ontwikkeling verlangt ernaar om alles te kunnen leren doen. Hij ziet de volwassenen dingen doen in huis of in de tuin en hij gaat meedoen! Hij doet de activiteiten die hij in zijn omgeving ziet gebeuren, al spelend na. Als de dingen op een vaste dag hun plaats hebben en volgens een vast schema gebeuren, helpt het om zijn wilsleven positief tot ontwikkeling te laten komen en te versterken. In de kleuterklas worden de activiteiten die anders in de huislijke omgeving plaatsvinden, voortgezet. Het dagelijkse en wekelijkse ritme brengen veiligheid, vertrouwdheid en voorspelbaarheid met zich mee. Vrij spel wordt afgewisseld met doelgerichte activiteit. De activiteiten volgen elkaar zoals de dag op de nacht volgt! Het opruimen na een activiteit volgt vanzelfsprekend en vraagt geen inspanning. Over de jaren bouwt dit 'dieet' van duidelijke en doelgerichte activiteiten volgens een vaste patroon een gezond lichaam en een gezonde wil op. Zo is het kind straks goed in staat om met de schoolvakken te beginnen.
Vier methoden
Er zijn natuurlijk vele manieren waarop het wilsleven geschoold kan worden, maar hier gaan wij nu uit van de volgende vier duidelijk te onderscheiden methoden:
1. Eerstens moet er gestreefd worden zoveel mogelijke fysieke wilsactiviteiten bij alle leerprocessen te integreren. Klappen, stampen, exploreren en ontdekken.
2. Het tweede is het brengen van een wijd aanbod van activiteiten waardoor zelfvertrouwen ontwikkeld wordt. (Onzekerheid en angst kunnen de wil verlammen.) Reciteren, zingen, fluit spelen, boetseren met bijenwas of klei en alle andere creatieve activiteiten van uit het leerplan kunnen allemaal vanuit verschillend perspectief bekeken waardevol zijn, en een hiervan is de rol van het activeren van de wil. Hier moet het kind telkens vanuit zichzelf iets tot stand brengen in de wereld. Dit is de essentie van de wil: "Ik wil handelen"
3. De derde methode om de wil te versterken is het herhalen. Als iets de moeite waard is om te doen, is het de moeite waard om het goed te doen. Om iets goed te doen moeten vaardigheden ontwikkeld worden. Dat vraagt om herhaling. De gedichten worden steeds weer herhaald om de vaardigheden echt eigen te maken. Dat vraagt ook creativiteit van de leraar/leidster. Kleine variaties kunnen goed werken (accent verplaatsen, tempo wisselen, harder of zachter, langzamer of sneller doen) – voor de kinderen met een ontwikkelingsachterstand is het vaak minder problematisch, zij kunnen veel langer volhouden!
Iedere dag kan er aangeduid worden wat al heel goed gaat, aangemoedigd waar meer oefening nodig is. Het verwerven van de vaardigheden geeft zelfvertrouwen, het steeds weer een uitdaging aangaan geeft een gevoel van verwachting.
4. Een vierde wijze van versterken van de wil is door het voorbeeld van de opvoeder. Om les te geven moeten wij zelf innerlijk actief zijn, nieuwe vaardigheden ontwikkelen, nieuwe beelden zoeken, nieuwe activiteiten scheppen. Onze pogingen, niet zozeer het resultaat, om onszelf te ontwikkelen, is een van de beste gaven die wij aan de kinderen kunnen geven. Hier leren ze: een volwassen mens te zijn, is proberen een beter mens te worden.
David d'Arcy verwijst verder naar de werken van Michael Howard over de ontwikkeling van de wil door het boetseren.
© Helend opvoeden 2025
