Een verjaardagsverhaaltje
De kleuters
Heel ver hiervandaan, verder nog dan de wolken, verder nog dan de blauwe lucht misschien, woonde er een grote en een kleine engel. En de kleine engel werd een beetje nieuwsgierig, ze wilde zo graag weten wat er achter de wolken was. Toen ging ze héél voorzichtig een klein beetje naar beneden. Zo kwam ze uiteindelijk tot bij de wolken, ging op een wolk liggen en keek voorzichtig over het randje van de wolk. Daar beneden zag zij de aarde. En over de aarde, als linten, kronkelden de rivieren. En ze zag de grote blauwe zee. Dat vond ze O, zo mooi. Toen ging ze naar de grote engel en vroeg: "mag ik naar de aarde gaan?"Maar de grote engel zei vriendelijk: "Nee, het is nog niet tijd. Jij moet nog even wachten."En de kleine engel wachtte een poosje.
Op een dag ging ze weer tussen de wolken spelen en ze keek weer over de rand van een wolk naar beneden. Daar zag ze de groene weilanden, de kleine tere madeliefjes die er bloeide en ook de boterbloemen en paardenbloemen. En ze zag de bossen met de grote sterke eikenbomen en de berkenbomen en nog vele anderen. En ze zag een land waarop het gouden koren vrolijk wuifden in de wind. Tussen het koren bloeide de rode klaprozen en de blauwe korenbloempjes. Ze vond het O, zo mooi. Toen ging ze naar de grote engel en vroeg: "mag ik nú naar de aarde gaan?"
Maar de grote engel zei vriendelijk: "Nee, het is nog niet tijd. Jij moet nog even wachten."En de kleine engel wachtte een poosje.
Zo gebeurde het wéér op een dag dat de kleine engel naar beneden keek. Dít keer zag ze de vlinders fladderen tussen de bloemen, de vogels vliegen in de blauwe lucht, de konijntjes en de eendjes en de lieveheersbeestjes waren er ook. En de eekhoorns rende van roetsj ratsj tegen de boomstammen op en neer. En in de wei was er zelfs een veulentje aan het springen. Ze vond het O, zo mooi. Toen ging ze naar de grote engel en vroeg: "mag ik nú naar de aarde gaan?"
Maar de grote engel zei vriendelijk: "Nee, het is nog niet tijd. Jij moet nog even wachten."En de kleine engel wachtte een poosje.
Zo gebeurde het op een heldere, zonnige dag, dat de kleine engel langs een zonnestraal naar beneden keek. En daar zag ze een prachtig huis. Het was daar warm en vriendelijk, en buiten speelden de kinderen vrolijke spelletjes met een bal. Sommige waren bloemen aan het plukken. En ze zag er ook grote mensen aan het werken. Ze vond het O, zo mooi. Toen ging ze weer eens naar de grote engel en vroeg: "mag ik nú naar de aarde gaan?"
En de grote engel zei vriendelijk: " Ja, nú is de tijd gekomen voor jou om naar de aarde te gaan. Maar jij moet wel jou vleugels aan mij geven vóór jij gaat. Ik zal ze voor jou bewaren. Op de aarde heb jij ze niet nodig. Daar heb jij armen en benen.
En de grote engel wachtte net zo lang tot er een stralend regenboog verscheen. Toen hielp ze de kleine engel om langs een regenboog naar beneden te gaan. En voor ze afscheid nam, zei ze: ik gaan jou nu verlaten, maar ik zal jou weg blijf volgen terwijl jij op de aarde verblijft. Weet, dat ik er ben om jou te beschermen. Jouw vleugeltjes moet jij aan mij geven, ik zal ze voor jou bewaar tot jij weer terugkomt en ze weer nodig krijgt.
Toen de kleine engel op de aarde aangekomen was, kreeg ze een naam. En ze zocht net zo lang tot ze dat huis dat ze op die zonnige dag heeft gezien, gevonden had. En daar ging ze wonen, bij een lieve vader en moeder die heel goed voor haar zorgden.
De tijd ging voorbij en het kindje groeide. Al gauw lachte ze na haar moeder en vader als ze bij haar kwamen. Ze dronk eerst alleen maar melk, maar toen ze …maanden was begon ze …te eten.(hier vul de berokken verteller individueel passende gegevens aan)Toen was het haar eerste verjaardag en ophaar verjaardagstaart was er Eén kaarsje. Toen ging er nog een jaar voorbij. Het meisje leerde om te kruipen en tegen de stoelen op te staan en later om helemaal alleen te staan! Ze leerde haar eerste stapjes alleen te zetten en na een tijd kon ze zelf lopen! Dat was grote pret! Ze kon al "Mamma" en "Pappa" zeggen ook!
Toen werd ze twee jaar oud en er waren twee kaarsjes op haar taart. Nu leerde ze ook meer woordjes te zeggen en al snel kletste ze land en zand! Toen werd ze drie jaar……..en zo voort en zo voort…, tot zes of zeven jaar. Men beschrijft telkens de ontwikkelingen en of incidenten die bij dit bijzondere kind hoort.
© Helend opvoeden 2025
