De koe
Vierde klas 9/10 jaar
Op een weiland, aan de rand van het korenland waar boer Wim zopas zijn graan geoogst heeft, liggen en staan er een tiental koeien. Vanmorgen waren zij al heel vroeg wakker en heeft de boer ze al gemolken. Nu zijn ze daar op het groene weiland aan het grazen. Sommige van ze liggen heel rustig te kauwen, andere zijn bezig malse gras te plukken met hun tanden, tong en lippen. Alles helpt mee. Ze hebben van die grote platte tanden om ze te helpen gras te plukken. En ze hebben grote maaltanden achter in hun mond om te helpen met het fijn malen van het gras.
De koeien die aan het grazen zijn lijken niet genoeg te kunnen krijgen! Ze blijven maar gras plukken en doorslikken. Dan gaat eentje liggen. Het is Klaartje. Heeft ze nu genoeg gegeten? Ze ligt heel rustig maar…. ze kauwt nog steeds! Hoe komt dat nu? Ja, zo zijn koeien nu eenmaal. Ze doen bijna niets anders dan alleen maar eten. Wanneer ze hun maag vol met gras gegeten hebben, dan komt het gras weer beetje bij beetje naar boven, terug in hun mond. Dan pas gaan ze het goed fijn kauwen. Ze hebben veel tijd, lijkt het wel. Als ze het gras helemaal fijn gemalen hebben met hun kaken en tanden, dan slikken ze het weer door. Dan gaat het weer naar hun maag, maar… je gelooft het niet! Ze hebben een tweede maag! Als ze het voor de tweede keer doorslikt, gaat het gras naar de tweede maag. Van de tweede maag wordt het dan naar de derde en daarna naar de vierde maag gestuurd. Dan pas is alles goed verteerd. Dan hebben ze alles uit het gras gehaald dat ze nodig hebben. En dat is precies waar Klaartje nu mee bezig is.
Ze is aan het herkauwen terwijl ze daar zo rustig ligt te dromen. Met haar grote bruine ogen lijkt ze een beetje slaperig, maar met haar kaken is zij hard aan het werken! Beetje bij beetje slikt ze het fijngekauwde gras weer door. Wat een enorme grote lijf heeft ze niet! Haar vier benen lijken maar dunnetjes. Hoe kunnen ze zo een groot lijf dragen? Gelukkig hoeven koeien niet ver te lopen of hard te lopen op hun poten. Ze hebben altijd groene weilanden met veel mals gras. Daar zorgt de boer voor. Ze hebben hun benen alleen nodig om hun grote lijf van de ene naar het andere malse groen polletje gras te dragen. En om naar de stal te lopen. Dat is nooit al te ver weg. De volgende keer als jij een koe ziet, moet jij goed kijken. Dan zal jij zelf zien hoe enorm groot haar lijf wel is! Ze hebben zo een groot lijf nodig, want ze hebben wel vier magen daarbinnen, om al het gras dat ze eten te verteren.
Na een tijdje staat Klaartje weer op. Ze gaat weer gras plukken. Haar dunne benen kunnen haar gelukkig heel goed dragen tot bij het aller-lekkerste sappigste stukjes groen. Zo gaat het wel heel de dag door. Eten, liggen om te herkauwen, rondsnuffelen waar er nog meer gras te vinden is en verder eten. Intussen verteer al het eten daar binnen in de vier magen.
Waarvoor heeft Klaartje zoveel gras nodig? Ja, ze moet natuurlijk groeien en gezond blijven en in leven blijven. Daarom heeft ze eten nodig. Om zo een enorme groot lijf gezond te houden moeten ze ook heel veel eten. Maar er is nog een heel speciale rede. Klaartje zorgt niet alleen voor haar zelf, maar ze geeft ook een deel van wat ze met het gras doet weg. Iets heel belangrijks. Wie weet wat dat is? Melk! Gezonde melk. Dat geeft Klaartje getrouw iedere ochtend en iedere avond aan boer Wim.
Hoe geeft ze dat? Onder aan haar buik heeft ze een grote zak, een uierzak genaamd. Daaraan zitten er vier spenen. Wanneer ze een baby heeft, een kalfje, zuigt het kalfje aan de spenen om melk te krijgen. Maar als het kalfje groot genoeg is om zelf gras te gaan plukken en eten, dan mag de boer de melk uit de uierzak halen. Vroeger deden mensen dat met hun handen, met hun vingers. Tegenwoordig hebben de boeren machine om de melk uit te zuigen. Ze knijpen ze om de spenen en dan wordt de melk uit gepompt.
Wat doet de boer dan met de melk?
© Helend opvoeden 2025
