De Boerderij
Derde klas 8/9 jaar
De Boerderij
Het ongeluk van de boerenfamilie
Er was eens een boerenfamilie, niet ver hier vandaan. Zij woonden in een kleine boerderij met zijn vieren: de boer, zijn vrouw, zijn zoon en zijn dochter. Ze werkten hard, hadden niet veel geld, maar waren erg gelukkig samen.
Iedere dag stonden zij vroeg op, trokken ze hun werkkleren aan en gingen ze aan het werk.
De boerin ging de koeien melken. De boerendochter voerde de kippen en raapte de eieren. De boerenzoon veegde de mest in de koeienstal bij elkaar en de boer vertrok naar het land. Hij zong daarbij een lied: 'een zaaier ging uit om te zaaien'.
Toen de boer echter bij het land kwam, en zijn zak met graankorrels pakte, zag hij dat er een gat in de zak had gezeten en dat zijn graan er uit was gelopen. De boer krabde verbaasd over zijn hoofd en zei; 'wie heeft hier aan deze zak geknabbeld en er een gat in gemaakt? Nu is al mijn goede graan verloren!'
De boer liep terug naar huis en zocht onderweg nog naar zijn graankorrels, maar alles was verdwenen. De muizen, de eksters, de kraaien en de eekhoorns hadden al het graan opgepeuzeld.
Teleurgesteld en ook wel bezorgd liep de boer naar zijn vrouw. Als de boer niet kon zaaien, hadden ze op het einde van de zomer geen oogst en zouden ze honger moeten lijden in de winter.
De zakken met graan hadden in de hooischuur gelegen. De boer dacht dat er vast een muis een gaatje in de zak had geknabbeld. Maar hoe hij ook zocht, hoe hij ook probeerde, hij vond geen enkel spoor van een muis.
De volgende dag stond de boerenfamilie weer vroeg op.
De boerin ging de koeien melken, de boerendochter voerde de kippen en raapte de eieren, de boerenzoon veegde de mest in de koeienstal bij elkaar. En de boer liep naar het land. De paar korrels graan die hij nog had, wilde hij gaan zaaien.
Toen de boerin begon te melken, zag zij tot haar grote schrik dat er een gaatje in de emmer zat en dat alle goede melk over de vloer van de koeienstal wegdreef de put in.
Alweer had de boerenfamilie pech.
Nu begon ook de boerin zich zorgen te maken.
Als er geen graan was én geen melk, waar moesten ze dan van gaan leven?
Die nacht droomde de boerenzoon een wonderlijke droom. Hij droomde van een oude wijze vrouw die hem vertelde dat zijn familie een aantal tegenslagen te verduren zou krijgen, maar dat op een dag alles goed zou komen.
De jongen vertelde bij het ontbijt van zijn droom, maar zijn ouders en zijn zus lachten hem uit. Ze geloofden er niets van en dachten dat ze gewoon pech hadden gehad.
Ze trokken hun werkkleren aan en gingen aan het werk.
De boerin ging de koeien melken, de boerendochter voerde de kippen en raapte de eieren, de boerenzoon veegde de mest in de koeienstal bij elkaar.
Toen de boerendochter de eieren wilde gaan rapen, riep ze tot haar schrik uit; 'moeder, moeder, kom gauw! De kippen hebben geen eieren gelegd!'
En warempel: de kippen zaten allemaal nog op stok en er was geen enkel ei te bekennen.
Nu begon ook de boerendochter zich zorgen te maken.
De boerenzoon echter, was vol goede moed. Hij wist dat het geluk hen spoedig zou gaan helpen. Fluitend maakte hij de koestal schoon. Hij veegde de mest bij elkaar en wilde net de koestal uit lopen, toen hij iets zag blinken.
Verbaasd bukte hij en daar zag hij, tussen het hooi, een gouden muntstuk liggen. Voorzichtig schoof hij het hooi opzij en warempel: daar, tussen het hooi, lag een grote zak met gouden muntstukken.
Snel haalde de boerenzoon de boer, de boerin en zijn zus bij elkaar en samen dansten zij van vreugde.
De boer gaf zijn boerenzoon een schouderklopje en zei: 'zoon, we hadden beter naar je moeten luisteren. Je had gelijk! Het geluk is weer teruggekomen'.
Het onkruid
De boer staat zwijgend voor het veld,
Een donk're zorg betrekt zijn ogen;
'hoe is het met mijn graan gesteld?
Dat ik zo zorgzaam heb getogen?'
Ziet daar nu 't dichte onkruid staan!
Dat heeft de boze mij gedaan!
Daar komt zijn jongste dol-verrukt,
De armen vol met bonte bloemen,
Op de akker heeft zij ze geplukt;
Papavers, tijm en korenbloemen;
'Zie vader' juicht zij, 'wat een pracht!'
'Die heeft de lieve God gebracht'.
© Helend opvoeden 2025
